Het Spinoza-standbeeld, tegenover het stadhuis, staat voor mij symbool voor een verkeerde wending in de omgang met de Nederlandse geschiedenis, beginnend met de terugkeer van de heldenverering in Jonathan Israëls Radical Enlightenment, dat het ontstaan van de moderne wereld uitlegt als de overwinning van een kleine groep dappere 'radicale verlichters' in een landje aan de Noordzee op een meerderheid van hielenlikkende 'gematigde verlichters'; wortel gevat in de verwarring na 11 september en 6 mei; en tot nationale politiek verheven door middel van een 'canoncommissie', een kamerbreed gesteunde motie van populistisch links voor een 'nationaal historisch museum', en een van overheidswege opgelegde leeskaart voor het geschiedonderwijs in de vorm van 'vijftig vensters'.
We mogen - nee, we moeten - blijkbaar weer trots zijn.
De merkwaardigste uitwas van deze poppetjesgeschiedenis is wel de wildgroei van Spinoza-activiteiten, vaak bij cultureel progressieve instellingen, met ronkende titels als My name is Spinoza (Mediamatic), Spi[FREE]noza (Smart Project Space), Spinoza Redux (Castrum Peregrini) en het reciteren van Spinoza bij galerie W139. Hoewel al deze activiteiten tenminste nog met enige ironie omkleed worden, bevrijdt ze dat niet van de stank van zelffelicitatie: kijk eens hoe progressief en ruimdenkend we zijn, in deze vrijdenkersdelta.
Maar de meeste van deze activiteiten doen niemand kwaad. Het Spinoza-standbeeld, daarentegen, staat prominent lelijk te wezen in de publieke ruimte, behangen met hazen en vogels (dat staat voor 'vrijheid') en vergezeld van een icosaëder (dat staat voor het geometrische karakter van de Ethica.) In plaats van een symbool voor onze verlichte cultuur, is het eerder een symbool van de tekortkomingen van deze hedendaagse culturele verheffingspolitiek.
Waar hebben we Spinoza voor nodig? De man heeft vast een belangrijke rol gespeeld als wegbereider van de Verlichting - hoewel het anachronistisch blijft om iemand die het begrip niet hanteerde en zeker niet om zichzelf te omschrijven, te bombarderen tot eerste Verlichter. Ja, 17e-eeuwers hadden ook al ideeën verwant aan die van de philosophes, maar dat betekent niet dat ze eraan gelijk gesteld moeten worden - net zo min als de Weimarer Klassiker gelijkgesteld moeten worden aan de Renaissance-humanisten, omdat ze verwante ideeën hadden. En het kan betoogd worden dat Spinoza pas als filosoof gecanoniseerd is door het Duitse Idealisme, en tot revolutionaire held benoemd door de Frühromantiker.
Maar dat zijn allemaal secundaire overwegingen. Het punt is eenvoudig dat we Spinoza niet nodig hebben om te pleiten voor onze vrijheden. Je hoeft de Tractatus Theologico-Politicus niet te lezen om democraat te zijn.
En over hoe verlichte ideeën de maatschappij zijn gaan domineren valt een interessanter verhaal te vertellen dan de heldengeschiedenis van Jonathan Israël. Dat deze ideeën gaandeweg steeds overtuigender werden voor een steeds grotere groep mensen valt niet uit de dapperheid van Spinoza&co te verklaren - alsof er geen dappere reactionairen waren.
Ja, Spinoza was waarschijnlijk een moreel hoogstaand en bescheiden mens. Des te meer reden om geen vervangend afgodsbeeld voor hem op te richten.
1 opmerking:
N.B.: op het Spinoza-standbeeld staan geen hazen, maar halsbandparkieten en mussen. Zie het persbericht op http://www.amsterdamsfondsvoordekunst.nl/organisatie.php?page=351&id=351:
'Met de halsbandparkieten wordt verwezen naar de actuele veranderingen in de multiculturele samenleving van de stad van nu. De vogel, een exoot, is resistent gebleken en vermeerdert zich in groten getale. De mus daarentegen leidt een kwijnend bestaan, weliswaar nog niet uitgestorven maar toch behoorlijk verminderd in aantal.'
Kortom: de mussen stemmen Wilders?
Een reactie posten