maandag 29 oktober 2012

Huishoudbeurs voor hipsters

Stuk dat vorige week woensdag verscheen in hard//talk
Dutch Design Week, Eindhoven, 20-28 oktober


Vorige week was in Eindhoven de huishoudbeurs voor hipsters, beter bekend als de Dutch Design Week (DDW). Dutch Design is al zo’n vijftien jaar een begrip, of erger nog, een “merk”: het betekent niet simpelweg ontwerp uit Nederland, maar vooral ironisch ontwerp uit Nederland. Denk daarbij aan: kasten uit sloophout, een boomstam als bank, porseleinen kopjes in de vorm van gedeukte plastic bekertjes, rasterhekken met kantklospatronen. Een aantal designers en firma’s, zoals Studio Job en Droog Design, hebben dit doorgevoerd tot een cultus van dysfunctioneel ontwerp. Als in: een porseleinen flipperkast. Feitelijk gaat het dan niet meer om ontwerp, maar om kunstobjecten die lijken op gebruiksvoorwerpen. Triest dieptepunt van ongein was het “Buchenwaldhek”.

De kraamkamer van Dutch Design ligt in de Design Academy Eindhoven, en DDW is om de eindexamenexpo heen gegroeid.  Je zou verwachten dat het daar gist en walmt van ironie en dysfunctionaliteit. Maar dat valt dus tegen. De hele nieuwe generatie ontwerpers lijkt tot inkeer te zijn gekomen en maakt modulaire systemen (dingen die zijn opgebouwd uit componenten en die je dus kunt customizen en herbestemmen) en hartverwarmend onpraktische duurzame oplossingen. Het enige doelbewust dysfunctionele ding was te knullig om aanstoot aan te nemen. Ironie is blijkbaar uit, sinds de Crisis.

Dat is goed nieuws en slecht nieuws. Eindexamenexpo’s zijn altijd sympathiek, maar goede bedoelingen vervelen. De rest van DDW leek nog het meest op een woonmall waar je deukbekers en sloophoutkasten kon kopen, desnoods voor discountprijzen. Ik heb vergeefs gezocht naar iets dat wel markant genoeg was om aanstoot te geven. Want vaginaal ontwerp is dan toch een zwaktebod: er waren minstens drie kutsofa's te bewonderen, als relieken uit decadentere tijden.

Geen opmerkingen: