zondag 11 november 2012

November Music, 2012 (1): Hedendaagse Mattheuspassie

Van 7-11 november is in Den Bosch het festival voor hedendaagse muziek November Music. Ik volg het festival als deel van een masterclass kunstjournalistiek van het Domein voor Kunstkritiek.

Boudewijn Tarenskeen: Mattheus Passie
Cappela Amsterdam / Paul Koek
Verkadefabriek Grote Zaal, 9 November


Ik viel in slaap tijdens de Mattheus Passie van Boudewijn Tarenskeen, en toch kan ik het geen slecht stuk noemen. Niet eens saai. Wel monotoon, maar dat is ook hoe de componist het bedoeld heeft. En honderd minuten is wel lang, maar substantieel korter zou het niet moeten zijn. Als ik de slaap uit mijn ogen heb gewreven weet ik nog steeds niet wat ik er van moet denken.



‘Ik wil het oratorium niet zozeer recyclen als herontdekken’, zegt Tarenskeen in een interview met VPRO’s Aad van Nieuwkerk. Het is nogal een ambitie: de Matthäus Passion heeft zo’n monumentale status (en in Nederland zo’n invented tradition) dat ieder muzikaal citaat al snel als pastiche klinkt, Jesus Christ Superstar voor hedendaags ensemble. Het verhaal is genoegzaam bekend: Jezus komt naar Jeruzalem, wordt verlinkt en opgepakt, na een showproces ter dood veroordeeld en op barbaarse wijze geëxecuteerd. Dat verhaal wordt dan ook consequent en verstaanbaar gevolgd.

Muziek is schaars in deze hedendaagse Mattheuspassie: zoals Tarenskeen zelf zegt, ‘alle aria’s en het koor zijn eruit gegooid’. Het grootste deel van de tijd is er meer sprake van theater voor spreekstemmen en zangstemmen. Negen vocalisten zitten achter aaneengesloten stalen tafels en wisselen van rol: de sopraan die eerst Mattheus was kan daarna Pilatus zijn en tussendoor nog Jezus. Tien anderen staan erachter; aan het einde ruilen beide groepen van plaats. De enige constante is de tekst: die wordt consequent en verstaanbaar van begin tot eind gevolgd, al wordt er nog wel eens wat geschmierd en gestotterd. Sola scriptura.

De enige instrumentatie bestaat uit een paar metalen buizen en drie cimbals op blokken droogijs (die gaan daarvan automatisch trillen, vraag me niet waarom). Er staan ook negen overbodige webcams die de zangers filmen en daarmee ‘hun twijfel aanschouwelijk maken’ of zoiets, die gimmick had achterwege kunnen blijven, maar verder slaagt Tarenskeen wonderwel in zijn ambitie om vooral zijn fascinatie voor de barokke formele structuur over te brengen, in de meest uitgebeende vorm. En tussendoor erupties van zangkunst die je weer recht overeind op je stoel brengen. Aan het einde wordt de Passie nog eens in verkorte vorm doorgelopen, ieder motief herhaald. Als de ouverture van Parsifal, maar dan omgekeerd.

Geen opmerkingen: