Modelo62, RASA | Insomnio, Vredenburg Leeuwenbergh | Nederlands Fluitorkest / Emmy Storms, Nicolaikerk
Utrecht, 8 september
“Op een dag zullen de bakkersjongens mijn muziek fluiten”, zei Arnold Schönberg ooit. Het is nu een eeuw later en de vakkenvullers doen dat nog steeds niet. Ikzelf zing op de fiets ook eerder Interpol of Coldplay na. Van de genomineerde componisten zijn gauw de helft ooit begonnen in een rockband, of doen dat nog steeds. Maar alle crossovers ten spijt zijn er nog steeds muzikale ervaringen die je alleen kunt creëren in een concert waarbij iedereen stil is, in een soort van laboratoriumsetting.
Letters to Anna van Maxim Shaligyn is zo’n werk. Het 25 minuten durende “concert voor één viool” is opgebouwd rond een motiefje van een paar noten die steeds terugkeren, en aan het einde wegsterven, eerst geplukt, dan zachtjes aangetikt met de strijkstok. Maar wat zich daartussen afspeelt is een drama van hels moeilijke extended violin techniques, waarin violiste Emmy Storms met haar hele lichaam opgaat. Het is romantisch, het is virtuoos, het is in de artist’s statement van Maxim zelfs ronduit pathetisch, maar het is wel eigentijds en aangrijpend. En het zou inderdaad op weinig andere plekken kunnen plaatsvinden dan Gaudeamus.
Mechanical Tension van Hugo Morales Murguia zou om een andere reden nergens anders op zijn plek zijn. “He lets you learn to play the instrument from scratch again”, zegt Ezequiel Menalled, de leider van ensemble Modelo62, “and that can be very frustrating”. Zeventien minuten lang zien we snaren bespeeld worden met behulp van strak gespannen visdraadjes, die soms aangetikt of - gestreken worden maar meestal geluid voortbrengen omdat ze strak aangespannen worden, met behulp van klosjes. Het is een apart geluid, het is compromisloos, en het heeft ook die tijd nodig om te werken: een paar minuten aan die klosjes draaien zou een gimmick zijn.
Een derde type, naast de intensiteit van Letters to Anna en het experiment van Mechanical Tension, is de humor van Benjamin Scheurer in Fratzen voor klarinet, piano en irritante rotgeluidjes. Met zichtbaar plezier jengelt pianiste Laura Sandée met allerhande toetertjes, piepertjes, walkietalkies en trekfluitjes door haar bloedserieuze pianospel heen. Een staaltje speelse ernst waar Martijn Padding nog van zou kunnen leren.
Je zou Gaudeamus kunnen omschrijven als een componistenconferentie. Het is een plek waar zeven dagen lang jonge en oudere componisten, uitvoerders en ensembles bijeenkomen om elkaars nieuwe werk te beluisteren en bespreken. De vraag “are you also a composer?” is een standaard openingszin. Maar zo’n heel veilige setting is Gaudeamus ook niet. Als je, zoals Sergey Khismatov, geprogrammeerd wordt in de Night of the Unexpected, is je Microphones Quartet te horen in Tivoli, Paradiso en Eindhoven voor een niet-hedendaagse-klassieke-muziek-publiek. Een stuk als Bosquet voor cello en 22 fluiten van jurylid Christopher Butterfield is bepaald geen voorzichtige keuze. Eerder een twintig minuten durende postminimalistische trance waarin je letterlijk door de muziek wordt omsingeld. Het kwetsbaarst is wel Le Clavecin Illuminé van Roderik de Man, dat hij schreef ter nagedachtenis aan zijn anderhalf jaar geleden overleden vrouw, claveciniste Annelie de Man. Je ziet dat hij zijn tranen inhoudt als hij het podium opgaat.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten